Kinderopvangtoeslag – Alles over kinderopvangtoeslag 2012

Wat is kinderopvangtoeslag?

Kinderopvangtoeslag is een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang. De toeslag is geregeld in de Wet kinderopvang en geldt voor dagopvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar, buitenschoolse opvang voor basisschoolkinderen en opvang door ouderparticipatiecrèches of gastouders via een gastouderbureau.

Recht op kinderopvangtoeslag

Om voor kinderopvangtoeslag in aanmerking te komen moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan:

Voor uw kind geldt:

  • Uw kind staat ingeschreven op uw woonadres;
  • Uw kind zit nog niet op het basisonderwijs.

Voor u en uw eventuele partner gelden:

  • U onderhoudt uw kind in belangrijke mate en/of krijgt kinderbijslag danwel pleegouderbijdrage voor het kind;
  • U en uw eventuele partner hebben de Nederlandse nationaliteit of een geldige verblijfsvergunning;
  • U of uw eventuele partner betaalt de kosten voor de kinderopvang;
  • Zowel u als uw eventuele partner werkt, studeert of volgt een re-integratietraject danwel inburgeringscursus;

Voor de opvang geldt:

  • U heeft een schriftelijke overeenkomst met een in het Landelijk Register Kinderopvang geregistreerd kindercentrum of gastouderbureau (ook de gastouder moet geregistreerd staan).

In de volgende situaties geldt dat, mits aan bovenstaande voorwaarden wordt voldaan, gewoon recht op kinderopvangtoeslag bestaat:

  • Ouders jonger dan 18 jaar;
  • Voor pleeg- en adoptiekinderen;
  • Inwoners van Nederland die in een ander EU-land, Noorwegen, IJsland, Liechtenstein of Zwitserland werken.

Als u zelf gastouder bent kunt u voor uw eigen kind alleen toeslag krijgen bij opvang in een kindercentrum.

Gescheiden

Wanneer u gescheiden bent en u en uw ex-partner beiden een deel van de week voor de kinderen zorgen, dan kunt u allebei voor uw eigen deel van de kosten apart kinderopvangtoeslag aanvragen. Aanvullende voorwaarden zijn dan dat het kind zowel bij u als uw ex-partner gemiddeld 3 dagen per week moet wonen en op één van beide adressen staat ingeschreven.

Wonen in het buitenland

Als u met uw gezin buiten Nederland woont en uw kind gaat daar naar de opvang dan kunt u onder de volgende aanvullende voorwaarden kinderopvangtoeslag krijgen:

  • U of uw partner werkt in Nederland, of krijgt een bijdrage van het UWV of een Nederlandse gemeente voor de kosten van kinderopvang;
  • Er is een schriftelijke overeenkomst met een geregistreerd kindercentrum, gastouderbureau of  gastouder die is opgenomen in het Register buitenlandse kinderopvang;
  • U woont in een ander EU-land, Liechtenstein, Noorwegen, IJsland of Zwitserland.

Degene die in Nederland werkt of de bijdrage krijgt moet de toeslag aanvragen. Als de partner niet werkt in het woonland, dan moet deze daar een uitkering (vergelijkbaar met de Nederlandse voorzieningen) krijgen. Tevens moeten zowel u, uw partner en kind(eren) beschikken over een burgerservicenummer. Heeft uw partner die niet, dan kan deze eenvoudig worden aangevraagd bij de Belastingdienst.

Werkeloos worden of stoppen met onderneming

U heeft nog 3 maanden recht op kinderopvangtoeslag als u of uw eventuele partner:

  • In loondienst heeft gewerkt en stopt of werkeloos wordt;
  • Stopt met de onderneming en uitgeschreven is bij de Kamer van Koophandel;

De termijn van 3 maanden gaat in op de eerste dag dat u contractueel niet meer werkt. Heeft u na deze termijn nog geen werk, dan vervalt het recht op toeslag. U krijgt dan pas weer toeslag als u aan het werk gaat.

Als u binnen 3 maanden weer gaat werken of een re-integratietraject (via gemeente of UWV), verplichte inburgeringscursus of studie (bij een door de overheid gefinancierde onderwijsinstelling) gaat volgen en uw kind gaat nog naar de opvang, dan hoeft u de toeslag niet stop te zetten.

Sociale of medische noodzaak

Als er sprake is van een sociale of medische noodzaak (waardoor u niet zelf voor uw kinderen kunt zorgen) dan kunt u mogelijk een tegemoetkoming in de kosten krijgen. Uw kunt bij uw gemeente meer te weten komen over de geldende voorwaarden.

Hoeveel toeslag kunt u krijgen?

Hoeveel toeslag u kunt krijgen is afhankelijk van:

  • Het aantal kinderen dat naar de opvang gaat;
  • Het aantal afgenomen uren opvang per maand;
  • Het soort opvang (kindercentrum of gastouderopvang);
  • Het gehanteerde uurtarief door de opvang;
  • De hoogte van de jaarinkomsten van u en uw partner (hoe hoger, hoe minder toeslag);
  • Het aantal uren dat u en uw partner werken;
  • Het jaar waarop de toeslag betrekking heeft;
  • Gezinsbijlagen die u in het buitenland ontvangt.

Als u wilt weten hoeveel kinderopvangtoeslag u kunt krijgen dan kunt u op www.toeslagen.nl een proefberekening maken.

Maximum aan vergoedde uren

Het aantal uur per maand waarvoor u kinderopvangtoeslag kunt krijgen is aan een maximum gebonden. Het maximale aantal uren bedraagt bij dagopvang 140% en bij buitenschoolse opvang 70% van de gewerkte uren. Voor stellen geldt dat gerekend wordt met de gewerkte uren van de minst werkende ouder.

Aanvullend geldt dat u per kind voor maximaal 230 uur per maand, voor alle opvanginstellingen samen, kinderopvangtoeslag kunt krijgen.

Maximumtarief

Ook is het uurtarief dat vergoed wordt aan een maximum gebonden. Dit betekent dat als het uurtarief van uw opvang hoger is dan het maximumtarief, u voor het deel boven het maximumtarief geen toeslag krijgt. Als het tarief lager is dan het maximumtarief, dan krijgt u alleen over dit lagere tarief kinderopvangtoeslag. De maximumtarieven (2012) zijn:

  • Kindercentrum; voor dagopvang € 6,36, voor buitenschoolse opvang € 5,93;
  • Gastouderopvang; voor zowel dagopvang als buitenschoolse opvang € 5,09.

Kinderopvangtoeslag aanvragen

Als u recht heeft op kinderopvangtoeslag dan kunt u deze aanvragen via:

  • www.toeslagen.nl. U heeft wel een DigiD inlogcode nodig, deze kunt u eventueel opvragen bij de Belastingdienst;
  • De Belastingtelefoon (0800-0543). U kunt een papieren aanvraagformulier opvragen, welke u binnen twee weken thuis ontvangt.

Ook kunt u hier én bij de Hulp- en informatiepunten van de Belastingdienst terecht voor meer informatie en vragen. U krijgt een “voorschotbeschikking” van de Belastingdienst. Hierin staat onder andere hoeveel toeslag u krijgt. De toeslag hoeft u maar één keer aan te vragen, daarna krijgt u deze automatisch op basis van de bij de Belastingdienst beschikbare gegevens.

U hoeft de werkgeversbijdrage niet apart aan te vragen bij uw werkgever. Deze, voor werkgevers verplichte bijdrage, ontvangt u automatisch via de Belastingdienst.

Bij het aanvragen wordt u verzocht om het registratienummer landelijk register van de vestiging door te geven. Het nummer van uw vestiging kunt u eenvoudig opzoeken op www.landelijkregisterkinderopvang.nl. Andere belangrijke gegevens zijn het aantal opvanguren per maand en het gehanteerde uurtarief. Zonder de informatie kunt u geen kinderopvangtoeslag aanvragen.

Let op: de toeslag kunt u met een terugwerkende kracht van slechts 1 maand aanvragen.

Uitbetaling kinderopvangtoeslag

De kinderopvangtoeslag bestaat uit twee delen: een overheidsbijdrage en, als u werkt, een werkgeversbijdrage. Werkt u niet maar heeft u toch recht op kinderopvangtoeslag, dan wordt de werkgeversbijdrage vervangen door een bijdrage van het UWV of de gemeente.

De werkgeversbijdrage bedraagt standaard 1/6 deel van de opvangkosten en 1/3 deel als u een partner heeft. Als u geen partner heeft vult de Belastingdienst de werkgeversbijdrage zelf aan tot 1/3 deel.

Als u werkt krijgt u de werkgeversbijdrage niet van uw werkgever. U krijgt dan zowel de overheids- als werkgeversbijdrage als één bedrag rechtstreeks van Belastingsdienst Toeslagen.

Als uw kind naar één opvangorganisatie gaat dan kunt u ervoor kiezen de kinderopvangtoeslag te laten uitbetalen op uw eigen rekening of op de rekening van de opvangorganisatie (als deze mogelijkheid worden geboden). Bij uitbetaling aan de opvangorganisatie verrekent deze de toeslag met het bedrag dat u moet betalen.

Gaat uw kind naar verschillende opvangorganisaties dan kunt u niet kiezen en wordt de kinderopvangtoeslag altijd uitbetaald op uw eigen rekening.

Wijzigingen doorgeven

Wijzigingen die van invloed zijn op de hoogte van de toeslag of als u de toeslag op een andere rekening wilt laten overmaken moet u dit tijdig doorgeven aan de Belastingdienst. Zij kunnen dan de toeslag aanpassen.

De “beschikking definitieve berekening” krijgt u in de loop van het volgende jaar. Dan wordt vastgesteld of u te weinig heeft ontvangen of dat u moet terugbetalen. Geeft u wijzigingen die van invloed zijn op de hoogte van de toeslag niet tijdig door, dan krijgt u misschien te weinig of moet u achteraf (veel) terugbetalen.

Wijzigingen kunt u doorgeven door in te loggen op de website toeslagen.nl of door een wijzigingsformulier aan te vragen via de Belastingtelefoon.

Nog geen reacties

Reageer

« Terug naar overzicht

https://www.123geldzaken.nl/wp-admin/admin-ajax.php
https://www.123geldzaken.nl/wp-content/themes/trendpress